Nieuw TestamentEdit
De christelijke geschriften bevatten de eerst bekende afbeelding van Abaddon als een individuele entiteit in plaats van een plaats.
Een koning, de engel van de bodemloze put; wiens naam in het Hebreeuws Abaddon is, en in het Grieks Apollyon; in het Latijn Exterminans.
– Openbaring 9:11, Douay-Rheims Bijbel
In Openbaring 9:11, wordt Abaddon beschreven als “Vernietiger”, de engel van de afgrond, en als de koning van een plaag van sprinkhanen die lijken op paarden met gekroonde menselijke gezichten, vrouwenhaar, leeuwentanden, vleugels, ijzeren borstplaten, en een staart met de angel van een schorpioen die vijf maanden lang iedereen kwelt die niet het zegel van God op zijn voorhoofd heeft.
De symboliek van Openbaring 9:11 laat de identiteit van Abaddon open voor interpretatie. De protestantse commentator Matthew Henry (1708) geloofde dat Abaddon de Antichrist was, terwijl de Jamieson-Fausset-Brown Commentary (1871) en Henry H. Halley (1922) de engel als Satan identificeerden.
De Methodistenpublicatie The Interpreter’s Bible stelt daarentegen: “Abaddon is echter geen engel van Satan, maar van God, die zijn vernietigingswerk uitvoert op Gods bevel”, waarbij de context wordt aangehaald van Openbaring hoofdstuk 20, verzen 1 tot en met 3. Jehovah’s Getuigen halen ook Openbaring 20:1-3 aan, waar de engel met “de sleutel van de afgrond” in feite een vertegenwoordiger van God blijkt te zijn, en concluderen dat “Abaddon” een andere naam is voor Jezus na zijn opstanding.
Apocriefe tekstenEdit
In de Handelingen van Thomas uit de 3e eeuw is Abaddon de naam van een demon, of de duivel zelf.
Abaddon krijgt een bijzonder belangrijke rol toebedeeld in twee bronnen, een homilie getiteld “De verheerlijking van Abaddon” door pseudo-Timotheüs van Alexandrië, en de Apocalyps van Bartholomeüs. In de homilie van Timotheüs heette Abaddon eerst Muriël, en had hij van God de opdracht gekregen de aarde te verzamelen die gebruikt zou worden bij de schepping van Adam. Na voltooiing van deze taak, werd de engel aangesteld als een bewaker. Iedereen, inclusief de engelen, demonen, en stoffelijke entiteiten vreesden hem. Abaddon werd beloofd dat een ieder die hem bij leven vereerde, gered kon worden. Van Abaddon wordt ook gezegd dat hij een prominente rol speelt in het Laatste Oordeel, als degene die de zielen naar het Dal van Josaphat zal brengen. In de Apocalyps van Bartholomeüs wordt hij beschreven als aanwezig in het graf van Jezus op het moment van diens opstanding.