Tegen de jaren 1950 had de lakse handhaving van de regels in de internationale competitie het mogelijk gemaakt dat de persfase van het gewichtheffen, in de regel een rechtopstaande, stijve lichaamsbeweging uitgevoerd door de schouders en armen, zich had ontwikkeld tot een “layback” beweging die gebruik maakte van de grotere spieren van de benen, heupen en romp, waardoor de lifter kon “valsspelen” om meer gewicht te heffen. Historicus John D. Fair schreef: “De regels waren sinds de jaren 1930 duidelijk over het handhaven van een verticale positie en het verbieden van het buigen van de benen, maar veel hing af van hoe deze bewegingen werden geïnterpreteerd en de politieke gezindheid van officials en jury’s.” Na de Tweede Wereldoorlog werd de situatie nog verergerd door de spanningen in de Koude Oorlog: in 1956 beschuldigde Bob Hoffman, coach van het Amerikaanse Olympische gewichthefteam, de internationale juryleden van pro-Sovjet, anti-Amerikaanse vooringenomenheid, door legale Amerikaanse persen te diskwalificeren en regelovertredende Sovjetpersen toe te staan. Fair erkende de rol van de Sovjet-Unie in de erosie van de persvorm, maar schreef dat “de dubbele tendens van een losse pers en een lakse officiëring reeds aanwezig was” voor de Sovjets toetraden tot de internationale competitie. De Internationale Gewichtheffederatie loste de situatie op door de clean en press na de Spelen van 1972 in München uit het Olympisch gewichthefprogramma te schrappen.
Clean and press
De Hongaarse gewichtheffer Győző Veres demonstreert een “layback”-pers in 1963.