De vijf K’s van het Sikhisme
De vijf K’s van het Sikhisme verwijzen naar de vijf uiterlijke tekenen van het geloof die door Sikhs over de hele wereld worden gedragen. Hoewel er in sommige regio’s kleine variaties op deze symbolen bestaan, worden ze doorgaans als volgt opgevat:
kesh: Kesh verwijst naar ongekamd haar. Het is Sikhs verboden hun lichaamshaar af te knippen of te verwijderen. Mannen (en sommige vrouwen) met ongekamd haar binden het netjes op en wikkelen het in een tulband.
kangha: De kangha is een kam die in het haar wordt gedragen. De kangha wordt tweemaal daags gebruikt om het haar netjes te houden, en is een belangrijk symbool van ijver en reinheid.
kara: De kara is de stalen armband die aan de rechterarm wordt gedragen.
kachh: De kachh is een speciaal katoenen onderkleed, lijkend op een boxershort. Het wordt gedragen als een symbool van monogamie en zelfbeheersing.
kirpan: Misschien wel het bekendste symbool dat door Sikhs wordt gedragen, de kirpan is een klein zwaard dat moed en zelfverdediging symboliseert.
Het belang van de vijf K’s wordt door Sikhs algemeen erkend, hoewel veel mensen ervoor kiezen om slechts enkele van hen aan te hangen. Veel hedendaagse Sikhs kiezen ervoor om hun haar te knippen uit persoonlijke keuze. Traditioneel dragen alleen degenen die Amrit Sanskar (doop) hebben ondergaan de kirpan.
In de Bloomington Gurdwara draagt de meerderheid van de aanhangers de kara op hun rechterarm, en de overheersing van de andere K’s varieert. Aanbidders in de Gurdwara geven een reeks van verklaringen voor het dragen van de kara. Voor velen is het een voortdurende herinnering aan hun Sikh-identiteit en aan de nooit aflatende aanwezigheid van God.
Deze symbolen dragen een diepe betekenis, maar deze betekenis varieert voor verschillende individuen. Om meer te weten te komen over het belang van deze symbolen voor de mensen in deze Gurdwara, zie de persoonlijke verslagen van Ruppa, Rajin, en Angela.