De symptomen

Binnen 3 jaar

De symptomen zijn al op jonge leeftijd duidelijk. Baby’s zijn meestal al vanaf de geboorte prikkelbaar en kunnen aanzienlijke voedingsproblemen hebben.

Ze bereiken de verwachte mijlpalen in hun ontwikkeling slechts langzaam. Als ze bijvoorbeeld acht maanden oud zijn, kunnen ze nog steeds niet zelfstandig zitten.

Veel kinderen met dyspraxie kruipen niet en geven er de voorkeur aan om eerst te schuifelen en dan te lopen. Ze vermijden meestal taken die een goede handvaardigheid vereisen.

Voorschoolse kinderen – 3- tot 5-jarigen

Als dyspraxie niet wordt vastgesteld, kunnen de problemen blijven bestaan en het leven van het kind op school beïnvloeden.

Kinderen met dyspraxie kunnen een aantal van deze gedragingen vertonen:

  • Erg veel motorische activiteit, zoals met de voeten zwaaien en tikken als ze zitten, met de handen klappen of draaien. Niet in staat om stil te blijven zitten
  • Hoge niveaus van prikkelbaarheid, met een luide/schreeuwende stem
  • Kan snel van streek zijn en vatbaar voor driftbuien
  • Botst voortdurend tegen voorwerpen en valt om
  • Handen klapperen bij het rennen
  • Moeite met trappen op een driewieler of soortgelijk speelgoed
  • Geen gevoel voor gevaar (springen van hoogte enz.)
  • Voortdurend rommelig eten. Eet liever met de vingers, morst vaak met drinken
  • Vermijdt constructiespeelgoed, zoals legpuzzels of bouwstenen
  • Slechte fijne motoriek. Moeite om een potlood vast te houden of een schaar te gebruiken. Tekeningen kunnen onvolwassen lijken
  • Geen fantasierijk spel. Ze tonen weinig interesse in het aankleden of het spelen in een huishoek of wishouse
  • Beperkt creatief spel
  • Isolatie binnen de peergroup. Afgewezen door leeftijdsgenoten, kinderen geven soms de voorkeur aan gezelschap van volwassenen
  • Lateraliteit (links- of rechtshandigheid) nog niet vastgesteld
  • Persistente taalproblemen
  • Sensitief voor zintuiglijke prikkels, waaronder veel lawaai, tactiele defensiviteit, het dragen van nieuwe kleren
  • Beperkte reactie op verbale instructie. Kan traag reageren en problemen hebben met begrijpen
  • Beperkte concentratie. Taken blijven vaak onvoltooid

Bijna 7 jaar

Problemen kunnen zijn:

  • Moeite met aanpassing aan gestructureerde schoolroutine
  • Moeite met lessen lichamelijke opvoeding
  • Traag in het aankleden. Niet in staat veters te strikken
  • Nauwelijks leesbaar handschrift
  • Onvoldoende teken- en kopieervaardigheid
  • Beperkte concentratie en slechte luistervaardigheid
  • Letterlijk taalgebruik
  • Niet in staat om meer dan twee of drie instructies tegelijk
  • Traag klaar met klassikaal werk
  • Voortdurend hoge niveaus van motorische activiteit
  • Handgeklap of -geklap bij opwinding
  • Neiging om snel onrustig en emotioneel te worden
  • Problemen met het hanteren van mes en vork
  • Problemen met het hanteren van mes en vork
  • hanteren van mes en vork
  • Onvermogen om relaties met andere kinderen aan te gaan
  • Slaapproblemen, waaronder waakzaamheid ’s nachts en nachtmerries
  • Rapportage van lichamelijke symptomen, zoals migraine, hoofdpijn, zich ziek voelen

In de leeftijd van 8 à 9 jaar

Kinderen met dyspraxie kunnen het onderwijssysteem zijn ontgroeid.Handschrift is vaak een bijzonder probleem. Tegen de tijd dat ze naar het voortgezet onderwijs gaan, is hun staat van dienst vaak slecht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *