Contactmetamorfisme treedt op in de nabijheid van een stollingsintrusief gesteente als gevolg van thermische effecten van het hete magma. In het klassieke geval dringt een stollingsintrusief lichaam zoals een graniet een opeenvolging van sedimentaire of metamorfe gesteenten binnen en produceert een contact aureool bestaande uit verschillende temperatuurspecifieke minerale assemblages. Contactmetamorfisme is dus vooral een thermisch verschijnsel. Het kan in verschillende tektonische omgevingen voorkomen, zoals in orogene of anorogene omgevingen, in het binnenste van platen of langs plaatranden. De best ontwikkelde contact aureolen zijn echter typisch ontwikkeld in een anorogene omgeving, in het binnenland van de plaat, waar granietische batholieten sedimentgesteenten binnendringen. De beste voorbeelden van concentrische minerale zonaties komen vooral voor in het midden en het bovenste niveau van de korst waar de temperatuurgradiënt het meest uitgesproken is.
Aanvullende links naar de foto’s:
Schetskaart van contactmetamorfisme: Zie hier meer informatie over de resultaten van hornfels facies
Geformeerde chlorietvlekken. Chloriet hornfels facies. Zie ook PETROgrafiek (in het Duits)