Helena Blavatsky, alias Helena Petrovna Hahn, (geboren 12 augustus 1831, Jekaterinoslav, Oekraïne, Russische Rijk -gestorven 8 mei 1891, Londen, Engeland), Russisch spiritualiste, schrijfster, en mede-oprichtster van de Theosofische Vereniging ter bevordering van de theosofie, een pantheïstisch filosofisch-religieus systeem.
Op 17-jarige leeftijd trouwde Helena Hahn met Nikifor V. Blavatsky, een Russisch militair officier en provinciaal vice-gouverneur, maar zij scheidden na enkele maanden. Zij raakte geïnteresseerd in occultisme en spiritualisme en reisde vele jaren door Azië, Europa en de Verenigde Staten; zij beweerde ook verscheidene jaren in India en Tibet te hebben doorgebracht om onder Hindoe goeroes te studeren. In 1873 ging zij naar New York City, waar zij Henry Steel Olcott ontmoette en met hem een hechte vriend werd, en in 1875 stichtten zij en enkele andere prominente personen de Theosophical Society.
In 1877 werd haar eerste grote werk, Isis Ontsluierd, gepubliceerd. In dit boek bekritiseerde zij de wetenschap en religie van haar tijd en beweerde dat mystieke ervaring en doctrine de middelen waren om tot werkelijk spiritueel inzicht en gezag te komen. Hoewel Isis Unveiled de aandacht trok, slonk het genootschap. In 1879 gingen Blavatsky en Olcott naar India; drie jaar later vestigden zij het hoofdkwartier van de Theosophical Society in Adyar, bij Madras, en begonnen met de publicatie van het tijdschrift van de society, The Theosophist, dat Blavatsky van 1879 tot 1888 redigeerde. De vereniging kreeg al snel een grote aanhang in India.
Zij beweerde dat zij buitengewone paranormale krachten bezat, maar tijdens reizen naar Parijs en Londen werd Blavatsky eind 1884 door de Indiase pers beschuldigd van het verzinnen van fictieve spiritistische verschijnselen. Nadat zij tijdens een rondreis door Duitsland haar onschuld had geprotesteerd, keerde zij in 1884 naar India terug en werd daar enthousiast ontvangen. Het “Hodgson Report”, de bevindingen van een onderzoek in 1885 door de London Society for Psychical Research, verklaarde haar een oplichtster. (Een eeuw later publiceerde het genootschap echter een kritische studie van het Hodgson Rapport en kondigde in een persbericht aan dat Blavatsky ten onrechte was veroordeeld). Spoedig daarna verliet zij India in afnemende gezondheid. Ze leefde rustig in Duitsland, België en tenslotte in Londen, waar ze werkte aan haar kleine, meditatieve klassieker De Stem van de Stilte (1889) en haar belangrijkste werk, De Geheime Leer (1888), dat een overzicht was van de theosofische leringen. Het werd in 1889 gevolgd door haar Sleutel tot de Theosofie. Haar Verzamelde geschriften werden gepubliceerd in 15 delen (1950-91).