Maar hoewel het een eenvoudige, goedkope methode is om gewichtscategorieën te screenen, is het geen diagnostisch instrument. Om gezondheidsrisico’s volledig te evalueren, moeten gezondheidswerkers verdere beoordelingen uitvoeren. Deze beoordelingen omvatten metingen van het lichaamsvetpercentage, dieetgeschiedenis, bewegingspatronen en familiegeschiedenis.
Daarnaast houdt de BMI geen rekening met leeftijd, geslacht of spiermassa. Ook wordt er geen onderscheid gemaakt tussen vetvrije massa en vetvrije massa. Als gevolg daarvan kunnen sommige mensen, zoals zwaar gespierde atleten, een hoge BMI hebben, ook al hebben ze geen hoog percentage lichaamsvet. Bij anderen, zoals ouderen, kan de BMI normaal lijken, ook al zijn er door het ouder worden spieren verloren gegaan.
Neem bijvoorbeeld basketballer Michael Jordan: ”Toen hij in zijn beste jaren was, was zijn BMI 27-29, wat hem classificeerde als overgewicht, maar zijn tailleomvang was minder dan 30”, zegt Michael Roizen, MD.
Dat is een van de redenen waarom sommige deskundigen denken dat de tailleomtrek een betere algemene gezondheidsmaat kan zijn dan de BMI.
Een andere reden is dat je gezondheid niet alleen wordt beïnvloed door overtollig lichaamsvet, maar ook door de plaats waar het vet zich bevindt. Sommige mensen komen aan in de buikstreek (de zogenaamde “appelvorm”), anderen zijn “peervormig”, met overgewicht rond de heupen en de billen. Mensen met een appelvorm lopen een hoger risico op gezondheidsproblemen die samenhangen met overgewicht.
”Vet rond je middel is biologisch actiever en kan meer schade aanrichten aan je lichaam dan gewicht rond je heupen,” zegt Roizen, co-auteur van You: Op Dieet. “De gegevens tonen aan dat de tailleomtrek betrouwbaarder is en nauwer samenhangt met ziekten die verband houden met obesitas.”‘
Volgens de National Institutes of Health is een grotere tailleomtrek (groter dan 40 inch voor mannen en 35 inch voor vrouwen) gekoppeld aan een hoger risico op diabetes type 2, hoge bloeddruk, abnormale cholesterolwaarden en hartziekten wanneer de BMI 25 tot 34,9 is.
Om je taille goed te meten, is geen wiskunde nodig. Gebruik gewoon een zacht meetlint rond uw ontblote middenrif bij uw navel. Zoek uw bovenste heupbeen, en meet rond de buik boven het bot. Het meetlint moet strak zitten, maar mag niet in uw huid prikken.