In april van dit jaar heeft de gemeenteraad van Bristol een folder verspreid in de aanloop naar het referendum over de vraag of de kiezers een rechtstreeks gekozen burgemeester zouden willen (zoals in Londen). Zij laten ons weten dat:
De gekozen burgemeester zou een aanvulling zijn op de 70 gekozen raadsleden, en zelf geen raadslid zijn.
Het wederkerend voornaamwoord zichzelf klinkt hier vreemd, misschien omdat het zo erg meervoudig lijkt – het is twee keer meervoud, als je wilt (zij en zelf). Misschien ook heeft het pamflet te maken met een vreemde gang van zaken. Normaal gesproken is een burgemeester al een burgemeester, met een bekende identiteit en geslacht. Maar hier is er geen burgemeester; er zijn zelfs geen kandidaten, en die zullen er misschien ook nooit komen. Dus verwijst zichzelf terug naar een zeer wankele entiteit, met een puur hypothetisch bestaan.
Om een beetje terug te krabbelen, voornaamwoorden zijn, net als voorzetsels, een ‘gesloten’ klasse, althans in het Standaard-Engels. De persoonlijke voornaamwoorden (ik, jij hij, zij, het, wij, zij) vormen een keurig setje, net als de ‘object’ voornaamwoorden (ik, hij, haar enz.) en de wederkerende voornaamwoorden (ik, zij, wij enz.). Zelfstandige naamwoorden zijn nog vaster dan voorzetsels, omdat ze grotendeels wederzijds definiërend en wederzijds exclusief zijn. Dit betekent bijvoorbeeld – simpel gezegd – dat een deel van de betekenis van jij ‘niet ik’ is, dat hij ‘niet haar’ betekent, en dat zij grammaticaal met hen contrasteren.
Dat neemt niet weg dat voornaamwoorden niet helemaal eenduidig zijn, vooral waar het gaat om het onderscheid enkelvoud – meervoud. Het is tegenwoordig volkomen aanvaardbaar om de voornaamwoorden zij, hen en zichzelf (en het determinerend voornaamwoord hun) met een enkelvoudige betekenis te gebruiken, om op een geslachtsneutrale manier terug te verwijzen naar een niet nader gespecificeerde of onbekende persoon. De referent is meestal een onbepaald voornaamwoord zoals iemand, iedereen of iedereen, of een zelfstandig naamwoord ‘persoon’ van beide geslachten, bijv. een kind, een persoon, de klant.
Het ‘enkelvoudige’ gebruik van they, them en themselves lost gedeeltelijk de problemen op die het gevolg zijn van het ontbreken van een sekseneutraal voornaamwoord in het Engels. Het is niet langer acceptabel om hij of hem te gebruiken als de referent zowel mannelijk als vrouwelijk kan zijn, en uitdrukkingen als he or she en himself or herself zijn onhandig en onhanteerbaar.
Maar de bekende sekseneutrale alternatieven, en vooral zichzelf, kunnen ook onhandelbaar zijn. Deze voorbeelden komen uit het ukWaC corpus (via Skylight):
Drie hoofdgebieden kwamen aan bod, plus een kleine vragenlijst die door het kind zelf was ingevuld.
De boodschap voor ons allen, wat onze pensioenen betreft, is dat ieder voor zichzelf moet zorgen!
Zouden zijzelf in dergelijke gevallen ‘logischer’ zijn dan zijzelf? Er is zeker enig corpusbewijs voor – er zijn bijvoorbeeld 389 overeenkomsten in ukWaC, 16 in een steekproef van Wikipedia, en 27 in het British National Corpus. De frequentie is over het algemeen vrij laag (ongeveer 0,2 gevallen per miljoen woorden), maar er zou wel eens een toekomst kunnen zijn voor dit alternatief. Kijk eens naar deze voorbeelden:
Waarom zou iemand zichzelf ellendig willen maken? We doen het de hele tijd…
Als de persoon het heeft over zichzelf iets aandoen of zelfmoord plegen, neem dit dan serieus.
Elke aanvrager zou zichzelf moeten presenteren aan een diabetesspecialist…
Wie wil er nu alleen door het leven gaan?
Themself wordt ook gedefinieerd in de belangrijkste online en gedrukte woordenboeken, die allemaal stellen dat “de meeste mensen dit gebruik als onjuist beschouwen” (Macmillan), of dat het niet wordt geaccepteerd/aanvaard in het Standaard Engels. Oxford geeft de aanvullende informatie dat themself voor het eerst werd vermeld in de 14e eeuw, en dat de enkelvoudige genderneutrale betekenis recentelijk weer is opgedoken.
Het Canadese Ministerie van Justitie, dat overweegt of themself in wetgeving moet worden gebruikt, concludeert dat hoewel “het misschien een trend is om in de gaten te houden, het gebruik ervan niet wijdverbreid genoeg lijkt om het voorlopig in wetsteksten te rechtvaardigen”.
En het verdict? Wel, themself lijkt het aardig goed te doen voor zichzelf, voor zover het recente corpus-bewijsmateriaal gaat, en het is heel goed mogelijk dat de gebruiksnotities die het beschrijven als ‘niet-standaard’ of ‘onjuist’ geleidelijk uit het woordenboek zullen verdwijnen.
Een laatste voetnoot: er zijn 228 overeenkomsten voor onszelf in het ukWaC corpus, wat suggereert dat de toekomst interessante mogelijkheden biedt voor andere ‘enkelvoudige’ wederkerende voornaamwoorden!
Email dit bericht