Het volgende is een uittreksel uit het pamflet “Going Through The Steps – A.A. Sponsorship Pamphlet” door Clarence Snyder 1944
In stap 4 wordt ons gevraagd een zoekende en onbevreesde morele inventaris op te maken. We moeten uitzoeken wat we hebben, waar we vanaf moeten, en wat we moeten verwerven. Er zijn 20 karaktergebreken waarover je vragen kunt stellen – de afzonderlijke fouten hoeven niet te worden doorgenomen, alleen de gebreken die ze hebben veroorzaakt. Als je de vragen doorneemt, vraag je de persoon eerlijk te zijn en zijn gebreken toe te geven aan zichzelf, aan jou, en aan God (waar twee of meer in Zijn naam vergaderd zijn, daar zal Hij zijn.) Door toe te geven, neemt de persoon ook Stap 5. De inventarisatie is van onze gebreken, niet van onze incidenten.
Dit zijn de gebreken van het karakter:
- Resentiment, Woede
- Bang, Lafheid
- Zelfmedelijden
- Zelfrechtvaardiging
- Zelfbelang, Egoïsme
- Zelfveroordeling, Schuldgevoel
- Logen, Ontwijkend gedrag, Oneerlijkheid
- Impathie
- Haat
- Valsche trots, Phoniness, Ontkenning
- Jaloezie
- Verachting
- Lazigheid
- Procrastinatie
- Onoprechtheid
- Negatief denken
- Immoreel denken
- Perfectionisme, Intolerantie
- Kritiseren, Losse praatjes, Roddelen
- Greigdheid
Een veelgestelde vraag
AA’s krijgen vaak de vraag “Wat is het verschil tussen ‘gebreken in karakter’ bij stap zes en ‘tekortkomingen’ bij stap zeven?”
Volgens de archieven van de G.S.O. gaf Bill W. in een persoonlijke brief van 7 maart 1963 commentaar op zijn gebruik van “Gebreken van karakter” en “tekortkomingen” door elkaar in de Stappen.
Dank voor uw vraag, waarin u vraagt om het verschil te weten tussen “gebreken van karakter” en “tekortkomingen” – zoals die woorden in de Stappen voorkomen. Eigenlijk herinner ik me geen bijzondere betekenis van deze zinnen. In mijn gedachten is de betekenis identiek; ik denk dat ik gewoon twee uitdrukkingswijzen heb gebruikt, om niet in herhaling te vallen. Zo simpel is het.
In een andere brief, gedateerd 16 november 1965, antwoordde Bill opnieuw op een soortgelijke vraag. Zijn brief luidde, gedeeltelijk:
Toen deze Stappen werden gedaan, wilde ik de zinsnede ‘karaktergebreken’ niet twee keer achter elkaar herhalen. Daarom heb ik in Stap Zeven ‘tekortkomingen’ vervangen door ‘gebreken’, waarmee ik ‘tekortkomingen’ gelijkstelde aan ‘defecten’. Bij het lezen stellen de meeste mensen dat zo voor en er lijkt geen moeilijkheid te zijn. Ik gebruikte ze alsof ze allebei precies hetzelfde betekenen – wat voor veel mensen ook zo lijkt.