Kritische rassentheorie (CRT), de opvatting dat de wet en wettelijke instellingen inherent racistisch zijn en dat ras zelf, in plaats van biologisch gefundeerd en natuurlijk te zijn, een sociaal geconstrueerd concept is dat door blanke mensen wordt gebruikt om hun economische en politieke belangen te bevorderen ten koste van mensen van kleur. Volgens de kritische rassentheorie (CRT) komt raciale ongelijkheid voort uit de sociale, economische en juridische verschillen die blanken tussen “rassen” creëren om de belangen van blanke elites op de arbeidsmarkten en in de politiek te handhaven, wat in veel minderheidsgemeenschappen tot armoede en criminaliteit leidt. De CRT-beweging organiseerde zichzelf officieel in 1989, tijdens de eerste jaarlijkse Workshop on Critical Race Theory, hoewel haar intellectuele oorsprong veel verder teruggaat, naar de jaren zestig en zeventig.
De lancering van de CRT-beweging markeerde de afscheiding van critical legal studies (CLS), een uitloper van de kritische theorie die onderzocht hoe de wet en juridische instellingen functioneren om onderdrukking en uitbuiting in stand te houden. Maar in plaats van theorieën over sociale organisatie en individueel gedrag te ontlenen aan continentale Europese denkers als G.W.F. Hegel, Karl Marx en Sigmund Freud, zoals CLS en feministische jurisprudentie hadden gedaan, werd CRT geïnspireerd door figuren als Martin Luther King, Jr., W.E.B. Du Bois, Malcolm X, de Black Panthers en Frantz Fanon. Kritische rassentheorie bevorderde theoretische opvattingen over recht, politiek en Amerikaanse sociologie die zich richtten op de pogingen van blanken (Euro-Amerikanen) om hun historische voordelen ten opzichte van gekleurde mensen te handhaven.
CRT heeft zich buiten de grenzen van de rechtswetenschap verspreid naar vele andere vakgebieden, met name vrouwen- en genderstudies, onderwijs, Amerikaanse studies en sociologie. CRT-bewegingen van Aziatisch-Amerikaanse, Latijns-Amerikaanse en LGBTQ-geleerden hebben ook voet aan de grond gekregen.