Louis Braille, (geboren 4 januari 1809, Coupvray, bij Parijs, Frankrijk-gestorven 6 januari 1852, Parijs), Frans onderwijzer die een systeem van drukken en schrijven ontwikkelde, Braille genaamd, dat veel door blinden wordt gebruikt.
Braille werd zelf blind toen hij drie jaar oud was door een ongeluk dat gebeurde toen hij in de tuigmakerij van zijn vader met gereedschap aan het spelen was. Een stuk gereedschap gleed uit en stootte in zijn rechteroog. Sympatische oftalmie en totale blindheid volgden. Desondanks werd hij een opmerkelijk musicus en blonk uit als organist. Met een beurs ging hij in 1819 naar Parijs om het Nationaal Instituut voor Blinde Kinderen te bezoeken, waar hij vanaf 1826 les gaf.
Braille raakte geïnteresseerd in een schriftsysteem, op de school tentoongesteld door Charles Barbier, waarbij een boodschap, gecodeerd in stippen die fonetische klanken symboliseerden, in reliëf op karton werd aangebracht. Toen hij 15 was, werkte hij een aanpassing uit, geschreven met een eenvoudig instrument, dat aan de behoeften van de blinden voldeed. Later nam hij dit systeem, dat bestaat uit een code van zes stippen in verschillende combinaties, en paste het aan de muzieknotatie aan. Hij publiceerde een verhandeling over zijn systeem in 1829, en in 1837 publiceerde hij een driedelige braille-editie van een populair historisch schoolboek.
Tijdens de laatste jaren van zijn leven was Braille ziek door tuberculose. Een eeuw na zijn dood werden Braille’s stoffelijke resten (zonder zijn handen, die in zijn geboorteplaats Coupvray werden bewaard) overgebracht naar Parijs voor een begrafenis in het Panthéon.