Bij vrouwen van 70 jaar of ouder met borstkanker in stadium I met oestrogeenreceptor-positieve borstkanker leidde de behandeling met lumpectomie en tamoxifen tot een hoger percentage terugkeer van de kanker, maar tot een vergelijkbare algehele overleving als de behandeling met lumpectomie, tamoxifen en bestralingstherapie. Deze resultaten, die zullen worden gepresenteerd op de jaarlijkse bijeenkomst in 2010 van de American Society of Clinical Oncology, suggereren dat sommige oudere vrouwen bestralingstherapie achterwege kunnen laten zonder de overleving negatief te beïnvloeden.
Een operatie voor borstkanker in een vroeg stadium bestaat meestal uit een mastectomie of een lumpectomie. Bij een mastectomie wordt de hele borst verwijderd, terwijl bij een lumpectomie de kanker en een deel van het omliggende weefsel worden weggenomen. Omdat bij een lumbpectomie alleen de kans op terugkeer van de kanker groter is dan bij een mastectomie, worden patiënten die voor een lumbpectomie kiezen over het algemeen ook bestraald. De combinatie van lumpectomie en bestraling wordt borstsparende therapie genoemd. Studies hebben aangetoond dat borstsparende therapie wordt geassocieerd met een lager risico van lokale kankerrecidief dan lumpectomie alleen.
Hoewel de toevoeging van bestralingstherapie aan lumpectomie het risico van lokale kankerrecidief vermindert, vindt bestralingstherapie typisch plaats gedurende meerdere weken en vereist het een grote tijdsinvestering van de patiënt. Dit heeft de belangstelling gewekt voor de vraag of er bepaalde groepen vrouwen met vroege borstkanker zijn die veilig kunnen afzien van bestraling na lumpectomie.
De huidige studie betrof 636 vrouwen van 70 jaar of ouder met fase I, oestrogeen receptor-positieve borstkanker. Na lumpectomie werden vrouwen toegewezen aan aanvullende behandeling met tamoxifen alleen of tamoxifen plus bestralingstherapie.
De vrouwen zijn nu meer dan 10 jaar gevolgd.
- Het risico op terugkeer van kanker in dezelfde borst was lager bij vrouwen die bestralingstherapie kregen: een lokaal kankerherval ontwikkelde zich bij 2% van de vrouwen die werden behandeld met tamoxifen en bestralingstherapie en 8% van de vrouwen die werden behandeld met tamoxifen alleen.
- De borstkankerspecifieke en algehele overleving waren vergelijkbaar in de twee onderzoeksgroepen: de algehele overleving gedurende 10 jaar was 61% bij vrouwen die werden behandeld met tamoxifen en bestralingstherapie en 63% bij vrouwen die alleen met tamoxifen werden behandeld.
Deze resultaten suggereren dat bij oudere vrouwen die werden behandeld met lumpectomie en tamoxifen voor fase I, oestrogeenreceptor-positieve borstkanker, het overslaan van bestralingstherapie het risico op lokale kankerrecidieven verhoogt, maar geen nadelige invloed heeft op de algehele overleving.
Eldere vrouwen met vroege borstkanker willen misschien met hun arts praten over de risico’s en voordelen van alle behandelingsopties.