Een aritmie is een stoornis van uw hartslag of hartritme. Het betekent dat uw hart te snel, te langzaam of met een onregelmatig patroon slaat. De meeste aritmieën zijn het gevolg van problemen in het elektrische systeem van het hart. Als uw hartritmestoornis ernstig is, hebt u misschien een pacemaker of een implanteerbare cardioverter defibrillator (ICD) nodig. Dit zijn apparaten die in uw borst of buik worden geïmplanteerd.
Een pacemaker helpt abnormale hartritmes onder controle te houden. Het gebruikt elektrische impulsen om het hart op een normaal tempo te laten slaan. Hij kan een traag hartritme versnellen, een snel hartritme onder controle houden en de kamers van het hart coördineren.
Een ICD bewaakt het hartritme. Als de ICD een gevaarlijk ritme detecteert, geeft hij een schok. Deze behandeling wordt defibrillatie genoemd. Een ICD kan helpen levensbedreigende hartritmestoornissen onder controle te houden, vooral die welke een plotselinge hartstilstand (SCA) kunnen veroorzaken. De meeste nieuwe ICD’s kunnen zowel als pacemaker en als defibrillator fungeren. Veel ICD’s registreren ook de elektrische patronen van het hart wanneer er sprake is van een abnormale hartslag. Dit kan de arts helpen bij het plannen van een toekomstige behandeling.
Een pacemaker of ICD krijgen vereist een kleine operatie. Meestal moet u een dag of twee in het ziekenhuis blijven, zodat uw arts kan controleren of het apparaat goed werkt. Waarschijnlijk kunt u binnen een paar dagen uw normale activiteiten weer hervatten.