Er zijn meer dan 7.700 soorten reptielen, een klasse dieren die schildpadden en landschildpadden, slangen, hagedissen, krokodillen en alligators, en tuatara’s omvat.
Reptielen delen veel eigenschappen met andere diergroepen, maar zij zijn de enige dieren met de volgende combinatie van eigenschappen: een huid die bedekt is met een vel schubben; ectotherm; en jongen die eruit zien als volwassen miniatuurdieren (de meeste komen uit eieren, maar sommige worden levend geboren).
Schubachtige huid is in!
Reptielen hebben een droge, schubachtige huid. Maar ze hebben geen vochtinbrengende crème nodig! Door hun speciale bedekking houden ze vocht vast en kunnen ze op droge plaatsen leven.
De schubben van reptielen zijn geen afzonderlijke, afneembare structuren – zoals de schubben van vissen. In plaats daarvan zijn ze verbonden tot een “vel”, de buitenste laag van de huid. Om de zoveel tijd wordt deze huidlaag afgestoten en vervangen. Bij sommige reptielen schilfert de huid in stukken af. Bij slangen wordt de huid meestal in één stuk afgeworpen.
Hoe zit het met schildpadden en schildpadden? Je denkt misschien niet dat hun schild geschubd is, maar dat is het wel! Het zijn complexe structuren van beenderen en schubben die uit de buitenste huidlaag ontstaan. Het is een natuurlijk pantser!
Niet te warm, niet te koud
Reptielen zijn, net als amfibieën, ectotherm (wat vroeger “koudbloedig” werd genoemd). Dit betekent dat zij niet voldoende interne warmte kunnen produceren om een constante lichaamstemperatuur te handhaven. In plaats daarvan varieert de lichaamstemperatuur van reptielen, afhankelijk van de omgevingstemperatuur. Hoewel sommige reptielen voldoende inwendige warmte kunnen produceren om hun temperatuur voor een specifiek doel te verhogen – zoals vrouwelijke pythons die hun eieren uitbroeden – kunnen zij deze temperatuur niet lang handhaven.
Reptielen zijn dus zelf verantwoordelijk voor het regelen van hun lichaamstemperatuur. Als het buiten koud is en ze moeten opwarmen, koesteren ze zich vaak in de zon om hun lichaamstemperatuur te verhogen. Als het zelfs te koud is om zich te koesteren, kunnen reptielen gaan zonnebaden. Dit betekent dat ze in een soort winterslaap zijn, maar ze kunnen perioden van waakzaamheid hebben en zelfs drinken als dat nodig is.
Als het buiten warm is, graven reptielen overdag veel in en worden ze pas ’s nachts actief.
Spuwend beeld
Bij de geboorte zijn jonge reptielen miniatuur-replica’s van hun ouders, hoewel ze anders gekleurd kunnen zijn. Hierin verschillen reptielen sterk van amfibieën (zoals kikkers en salamanders), die een drastische verandering ondergaan van larve tot volwassen dier.
De meeste reptielen — waaronder alle schildpadden, krokodillen en alligators — leggen eieren. Maar andere reptielen – ongeveer één op de vijf soorten hagedissen en slangen – brengen levende jongen voort.